Wetenschappers, alarmisten, sceptici en ontkenners
Climate-gate, het vermeende rommelen met klimatologische gegevens, begon in 2009 met het ‘hacken en lekken’ van duizenden e-mails van de server van de University of East Anglia. In de mails werd gesproken over ‘tricks’ om bepaalde klimatologische effecten te benadrukken of te onderdrukken. Zelfuitgeroepen klimaatsceptici voerden dit aan als bewijs voor een complot van massale ‘alarmistische’ datafabricage met als doel om de door de mens veroorzaakte klimaatveranderingen te fingeren.
Hebt u zich wel eens afgevraagd wat er met de wetenschappers is gebeurd die daarbij betrokken waren? En hoe gaat een universiteit om met wetenschappers die beticht worden van datafabricage? De wetenschappelijke hoofdrolspelers zijn Michael Mann, professor in de meteorologie aan Pennsylvania State University (PSU) en Phil Jones, directeur van de University of East Anglias Climate Research Unit (UEA-CRU).
De PSU startte een onderzoek naar Mann, zonder dat er een formele klacht was ingediend. In februari 2011 werd Mann vrijgesproken van het weglaten of fabriceren van data, het weghalen van belangrijke e-mails en het misbruiken van ‘privileged information.’ Volledig volgens de regels van het spel informeert de PSU ook de National Science Foundation (NSF), die het rapport van de universiteit onderzoekt en nog eens het gedrag van Mann tegen het licht houdt. Op 15 augustus spreekt ook de NSF Mann volledig vrij van enige “evidence of research misconduct.” Het rapport van de NSF bevestigt overigens eerdere bevindingen van de U.S. National Oceanic and Atmospheric Administration’s inspector general en van een onafhankelijk panel van zeven wetenschappers van universiteiten in de U.K., U.S. en Zwitserland. Dit panel werd ingesteld door de universiteit van East Anglia. Ron Oxburgh, voormalig directeur van Shell Transport & Trading Plc en een lid van de U.K. House of Lords, was de voorzitter.
Phil Jones gaf direct na climate-gate zijn positie als hoofd van de UEA-CRU op. Een onderzoek van de House of Commons‘ Science and Technology Select Committee concludeerde dat er geen zaak was waartegen Jones zich zou moeten verdedigen en dat hij herbenoemd zou moeten worden. Na een tweede onderzoek onder leiding van Sir Muir Russell waaruit bleek dat er niets was aan te merken op de ”rigour and honesty as scientists” van Jones en zijn collega’s nam Jones in juli 2010 de positie van ‘Director of Research’ aan. De enige aanmerking op Jones was dat de wetenschappers van het CRU de “spirit of openness” of the UK Freedom of Information Act niet hadden gevolgd.
Hoe kunnen wetenschappers die toch overduidelijk over tricks schreven, vrijgesproken worden? De meeste sceptici misten de wetenschappelijke achtergrond om de mails uit 2009 inhoudelijk te plaatsen. Ze konden de juiste vragen niet stellen (“Wat voor statistische operaties hielden de ‘tricks’ precies in?” of “Wat voor vragen probeerden de klimaatwetenschappers te beantwoorden en zijn de tricks wel het geëigende statistische instrument voor de beantwoording van de gestelde vragen?” en: “Zijn de tricks wel correct toegepast?”) laat staan beantwoorden. In plaats van op de inhoud in te gaan, benadrukken de sceptici het vermeende belang van de klimaatdeskundigen: door te ‘alarmeren’ kunnen de wetenschappers grote subsidiepotten afromen. En ze kunnen natuurlijk ook rijk worden van het handelen in emissierechten.
De prominentste Nederlandse klimaatsceptici, Hans Labohm en Richard de Mos, zijn beide geen klimaatwetenschapper. Voor hij de politiek inging was Richard de Mos schooldirecteur leraar. De Mos vecht naar eigen zeggen al jaren tegen de ‘onbewezen klimaattheorieën van Al Gore.’ Impliciet geeft De Mos daarmee aan dat hij het verschil tussen een film en serieus wetenschappelijk werk niet begrijpt. De Mos is vaak ingegaan op de Hockey-stick graph van Micheal Mann. In discussies blijkt hij vaak niet de logische consistentie en de vakkennis te hebben die nodig zijn voor dit onderwerp. Labohm is een econoom. Een discussie tussen Labohm, Gerrit Hiemstra en Bart Strengers spitste zich ook toe op de Hockeystick-grafiek, en de interpretatie daarvan.
In 2009 liet De Mos zich bij Pauw en Witteman uit over climate-gate. De Mos heeft inhoudelijk weinig in te brengen, maar hij is in het offensief. Een kwinkslag, even emotioneel off-topic gaan: “Er liggen hier mensen met 24-uurs luiers en doorligwonden” en dan de pestende veroordeling:”Als je zo overtuigd bent van je gelijk, waarom moet je dan jokken? Da’s Jammer.” Diederik Samson, afgestudeerd natuurkundige, snapt duidelijk veel beter waar het in de mails om gaat.
Zouden de sceptici na de onderzoeken naar Mann en Jones voorzichtiger zijn met hun kritiek? En als Mann en Jones volledig naar de hoogste wetenschappelijke waarden hebben gehandeld, zouden de sceptici wellicht de anthropogenic climate change op zijn minst zien als een serieuze verklaringskandidaat voor het gedrag van de temperatuur op aarde?
Op 27 januari publiceerde de Wall Street Journal (WSJ) een artikel van zestien wetenschappers die vraagtekens zetten bij de decarbonasation van de wereldeconomie. Slechts vier van de zestien wetenschappers zijn klimaatspecialist. De Volkskrant (VK) besloot twee weken gelden om het artikel te vertalen en over te nemen. VK doet dat zonder bronvermelding. Dat is heel jammer omdat eerder de WSJ een artikel van 255 leden van de National Academy of Science had geweigerd. Het artikel van de 255 is uiteindelijk in Science Magazine gepubliceerd.
Er staan nogal wat fouten in het artikel van de zestien. Een regelrechte blunder in het artikel is: “Perhaps the most inconvenient fact is the lack of global warming for well over 10 years now.” Dat statement is, om het beestje maar bij de naam te noemen, totale nonsens. Het is gebaseerd op een ruige misinterpretatie van de lange termijn trends, en het beschouwen van jaar-tot-jaar variaties in de temperatuur. De Skeptical Science website hakte al in November 2011 dit argument aan mootjes. Het artikel gaat ook voor het gemak maar volledig voorbij aan het feit dat negen van de tien warmste gemeten jaren plaatsvonden sinds 2000. De Mos gaat ook door en stelt (als het goed is tegen beter weten in) enkele Kamervragen. Ik wil wel eens aan de Mos vragen of hij bekend is met de introductie van fouten in tijdsafgeleiden in data met korte termijn cycli.
Er is recent een artikel van Dave Rose geplaatst in de ‘Mail on Sunday.’ Volgens Rose toont recent werk van de Met Office en de University of East Anglia dat de cycli in de zonneactiviteit verantwoordelijk zijn voor de recente temperatuurstijgingen. Er blijkt, aldus Rose, volgens het werk helemaal geen effect van CO2 te zijn. Rose heeft vaak dergelijke artikelen geschreven. Maar de University of East Anglia? Die waren toch betrokken bij climategate? Geven ze dan nu toch eindelijk, impliciet, toe dat ze er al die tijd naast hebben gezeten?
Direct op 29 januari verschijnt een reactie van de Met Office. De reactie is een must read voor een ieder die wil zien hoe sceptici met informatie omgaan. Er wordt gehakt gemaakt van de het artikel van Rose. De studie vindt, ten gevolge van variaties in de zonneactiviteit, een kleine correctie van 0.08 graden op een projectie van 2,5 graden ofwel een correctie van 3%. Maar er is werkelijk van alles fout met het artikel van Rose, te veel om op te noemen. Belangrijk om te vermelden is dat Rose door de Met Office was geinformeerd over zijn onjuiste interpretatie, en dat hij, ondanks deze voorkennis, toch is overgegaan tot publicatie. Één veelzeggende fout moet ik hier echt noemen: Het werk is uitgevoerd door de Met Office in samenwerking met de Universiteit van Reading, en niet die van East Anglia. Op Geenstijl geeft ‘Pritstift’ zijn welgeïnformeerde kijk op de zaak. De reaguurders klimmen in de pen en het feest der zotten breekt los:” Wat een links tuig” en “Ik wil een grotere motor in mijn auto!” of: “Het het klimaat is zo groot dat de mens er geen invloed op kan hebben.” Meer dan tweehonderd bizarre reacties worden gegeven. Ook Geenstijl rectificeert het bericht niet.
Hoe is een sceptische houding tegen eerdere klimaatstudies te rijmen met deze juichende reacties? Voor deze studie zijn immers dezelfde klimaatmodellen gebruikt als voor de studies die door de sceptici worden afgewezen. En als die modellen gisteren niet klopten, kloppen die vandaag nog steeds niet. En evenzo, als die modellen vandaag kloppen, klopten ze gisteren ook. Het antwoord is even simpel als ontluisterend: De zelfuitgeroepen sceptici zijn helemaal geen sceptici maar ontkenners.
En dan is er de recente Heartland affaire, waarin geld beschikbaar lijkt te zijn gemaakt en gebudgetteerd voor het promoten van de scepticist viewpoint. Heartland presenteert zich graag als conservatieve denktank, maar is in feite een door de tabak,- en olie-industrie gesponsorde lobbygroep. Heartland speelde in 2009 een grote rol in ClimateGate. Heartland dreigt journalisten, bloggers en activisten voor de rechter te slepen als zij de goede reputatie van het instituut schaden. Heartland betwist de authenticiteit van de gelekte documenten overigens niet, op een document na. Gisteren gaf Peter Gleick toe de documenten onder valse voorwendselen ‘verworven’ te hebben, maar hij houdt vast aan de inhoud ervan. Heartland beschuldigt Gleick echter van het vervalsen van minstens een document.
Persoonlijk wil ik dit incident even laten uitspelen voordat ik er op reageer. Als de kruitdamp van het slagveld optrekt weten we beter wat er precies gebeurd is. Deze reactie van de wetenschappers die 2 jaar geleden door het Heartland besmeurd werden, vind ik wel mooi. Het is ook mooi om te zien wat Labohm vindt van de hacks. Twee jaar geleden had hij de kans om zich in gelijke termen te uiten, en heeft dat toen verzuimd.
Klimaatwetenschap is wetenschap, geen fraude. Maar Climate gate, een spel waarin wetenschappers en lobbyisten polariseren, hacken, lekken, en het publiek eigenlijk niet meer snapt wat er nu aan de hand is, bestaat. Climategate zegt veel over de huidige samenleving waarin wetenschap wordt ingezet als stuk in een schaakspel, en de koorddansact van de wetenschapscommunicatie.